gips

Gips komt van het Griekse woord voor krijt. Dit mineraal bestaat vooral uit zout calciumsulfaat (CaSO4) en komt in de natuur voor als seleniet en albast. Het kan verkregen worden door ontginning (natuurgips), als restproduct bij de productie van fosfaten (fosfo-gips) en uit de recyclage van met steenkool aangedreven elektriciteitscentrales (sulfo-gips). 

Gips is zacht en heeft in de kunst meerdere toepassingen. Zo wordt het gebruikt om afgietsels te maken van beelden, om eenmalige mallen te maken voor afgietsels in andere materialen, om vuurvaste gietvormen te maken bij het bronsgieten in de verloren was methode en voor schoolbordkrijt.