Bij deze techniek worden pigmenten gebonden met was op een drager aangebracht. Deze techniek stamt uit de klassieke oudheid. Encaustiek is van het Griekse enkaio afgeleid en betekent inbranden.
Om de gekleurde was vloeibaar te maken werd het palet verwarmd. De gesmolten was werd vervolgens met penseel aangebracht op een harde ondergrond, vaak houten panelen, die meestal werd bewerkt met een gesso laag. Wanneer de was afkoelde fixeerde die de pigmenten. Daardoor bleven de kleuren helder en kregen de afbeeldingen een bijzondere glans. Karakteristiek voor deze schilderkunst is de reliëfachtige oppervlakte en talrijke verflagen. Het schilderij heeft een hele zachte uitstraling door de wazige transparantie van de was.
Door de komst van verdampende materialen als tempera en olieverf raakte deze manier van schilderen in de vergetelheid. Jasper Johns zou met deze techniek experimenteren.