Gustave de Smet (1877-1943)

De Smet was een Belgische kunstenaar die beschouwd wordt als één van de grondleggers van het Vlaams expressionisme. Samen met Van den Berghe, Servaes, Permeke en zijn broer Léon vormde hij de tweede groep van de Latemse School. Zijn vroege, impressionistische werk was geïnspireerd door Emile Claus. Onder invloed van Le Fauconnier begon De smet te werken in een zuivere expressionistische stijl die overeenkomsten toont met het Duitse expressionisme. Zo kwam hij al in het begin van de jaren twintig tot de stilering zo eigen is aan zijn schilderstijl. De uiterst vereenvoudigde en houterige figuren werden gereduceerd tot tweedimensionale figuren en alleen frontaal weergegeven. Zijn stijl doet denken aan volkse houtsnedes. De folkloristische sfeer van zijn werk werd nog versterkt door de onderwerpkeuze en de warmte van zijn coloriet.

Eind jaren twintig evolueerde De Smets werk naar een geometrische vlakverdeling die aansloot bij de algemene  Europese trend  tot abstractie die ook in het werk van Fernand Léger en André Lhote zichtbaar was. Zijn palet werd helderder.

Eind jaren dertig werden de vormen opnieuw minder strak, vervloeiden ze op het doek en zou de schilder de kleuren zelfs rechtstreeks op het doek mengen.